Midden 1919 was het zover dat 7 masten van meer dan 60 meter waren opgericht en dat de ontvangst van radioberichten uit Indonesië kon beginnen. Bekende telegrafisten waren onder andere J. Puister, G. Muusze, C. Smolders, S. Langendijk en Ir. N. Koomans.
Het heeft tot 1923 geduurd voordat de installatie volledig in werking was. Door het bezwaar van de grote afstand tot zendstation radio Kootwijk en door nieuwe technische ontwikkelingen werd besloten om op 4 augustus 1924 de installatie over te brengen naar Amsterdam.
Ruim een jaar later werden de houten masten, die f 100.000, gulden gekost hadden, verkocht voor f 270,-. Het voortijdig beëindigen van de huurovereenkomst kostte het Rijk f 35.000, te betalen aan de gemeente Sambeek. De houten huizen en gebouwen werden eigendom van de gemeente, ook de 4600! meter lange Radioweg kwam weer op 1 april 1926 in eigendom en onderhoud van de gemeente. In 1923 was door de minister van Waterstaat een commissie opgericht die de kosten van de radioverbinding Nederland en Nederlands Indië en Amerika in beeld moest brengen. In 1926 kwam deze commissie met een rapport, hieruit bleek dat de begroting met ruim f 395.000,- overschreden was en dat radiostation Sambeek, waarvan men wist dat dit station een tijdelijk bestaan zou leiden, f 541.000,- gekost had. Dit bedrag werd in zijn geheel afgeschreven ten koste van de Staat.
Herbestemming grond en gebouwen
In november 1927 verhuurde de gemeente aan Ferdinant Wynman importeur te Toulouse het hoofdgebouw met 10 ha grond voor het houden van geiten, kippen en de aanleg van een zwarte-bessen kwekerij. In korte tijd waren daar 6 kippenhokken gebouwd. Na herhaaldelijk uitstel van betaling van de huur door Wynman kreeg de gemeente Sambeek van een advocatenkantoor te horen dat de heer Wynman in een faillissement zat.
Op 2 augustus 1928 worden de gronden met gebouwen verhuurd aan Deckers uit Kervendonk die beëindigd de huur op 15 maart 1935, op die datum word door J. Cornelissen uit Sint Anthonis 6,5 ha grond gekocht met de verplichting om binnen 4 jaar een boerderij te bouwen. Een zgn. conciërgegebouw van het voormalig radiostation wordt verkocht aan J. de Bruijn uit Sambeek met 10 are grond. Het ontvangstgebouw werd verplaatst naar de Halt en in gebruik genomen als opslagplaats.
De houten radiowoningen op 29 maart 1927 te huur aangeboden aan A. Wintjes, P Kuypers en G. Elbers. Op 30 november 1933 wordt de huur van de radiowoningen door de gemeente verlaagd, de bewoners zijn dan: A. Wintjens, J. Linders, Joh. Spoor en W. v. Boxtel
Opgraving fundamenten
De betonnen fundamenten van de gebouwen zijn tot op heden in de bodem van het
bos rondom de Radioplas blijven zitten. Een van de afspanningsmasten heeft nog jaren gediend als uitkijktoren in de Staatsbossen. De radiowoningen zijn in de loop der tijd
verdwenen.
Bovengronds was helemaal niks meer te zien. Het stond helemaal vol met bramenstruiken en brandnetels. Drie vrijwilligers kregen van de gemeente Sint Anthonis
toestemming voor de opgravingen in het bos. Zij hebben de fundamenten blootgelegd. Op deze fundamenten stond een houten barak van geteerd hout van 10 bij 28 meter. Herkenbaar zijn de
verschillende ruimtes van het ontvangststation. Zo waren er werkruimtes voor onderzoek, administratie, directie en een kamer voor de parlograaf (het dicteerapparaat). In samenwerking met de
DorpsRaad en de gemeente heeft de Heemkundevereniging Stevensbeek het informatiebord geplaatst